01. AV Besluitvormend

De bestuursrapportage is een voortgangsrapportage over het lopende jaar. Het geeft per programma inzicht op hoofdlijnen in de stand van zaken en specifiek in de (beleidsmatige) afwijkingen ten opzichte van de begroting 2023. De voortgang wordt weergegeven aan de hand van de maatregelen.

De Verordening behandeling van bezwaren 2020 dient gewijzigd te worden om de tekst toekomstbestendig te maken en in lijn met de praktijk. De AV wordt voorgesteld het Wijzigingsbesluit Verordening behandeling bezwaren 2020.

De versterking van de IJsselmeerdijk moeten we emissie-arm uitvoeren. Dat houdt in dat de uitstoot van o.a. CO2 en stikstof door de uitvoeringswerkzaamheden zo laag mogelijk moeten blijven. Dit doen we vanuit de klimaatdoelen van Zuiderzeeland en om de benodigde vergunningen te krijgen. Om hiervoor de inzet van elektrisch materieel mogelijk te maken, moeten we, mede vanwege de netcongestie, nu al starten met de aanleg van laadinfrastructuur. Hiervoor vragen we een krediet aan van € 450.000 vooruitlopend op de Realisatiefase. Deze kosten worden voor 90% gefinancierd vanuit het Hoogwaterbeschermingsprogramma in de Realisatiefase (start 2025).

Eerder dit jaar is uit een inspectie gebleken dat de retourvijzels van de AWZI Tollebeek zijn aangetast en dat deze op korte termijn dienen te worden vervangen. De geraamde uitgaven voor de vervanging bedragen € 200.000. Het gaat om een eenmalige uitgave met meerjarig nut. Conform het activabeleid moet deze uitgave worden verantwoord als een investering. Op basis van de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Waterschap Zuiderzeeland is de AV bevoegd om hiervoor een investeringskrediet te verlenen. Vanwege lange productietijd en het risico op een ernstige verstoring in het zuiveringsproces, is de opdracht reeds verstrekt.

In de vastgestelde begroting 2023 was rekening gehouden met een korte rente van 1,0%. De korte is de rente die we betalen op ons rekening-courantsaldo en bij kasgeldleningen. De korte rente is in 2024 fors toegenomen en ligt nu boven de 3%. Hierdoor komen we tekort op het beschikbare budget voor korte rente. Om rechtmatig te blijven handelen wordt voorgesteld het budget voor de korte rente van het jaar 2023 te verhogen met € 200.000.

Na het vaststellen van de informatiestrategie 2021-2025 is een onderzoekstraject gestart voor een robuuste sourcing van de ICT-infrastructuur (inclusief een uitwijkoplossing). Dit traject is afgerond en de sourcing kan worden gerealiseerd. De Algemene vergadering wordt gevraagd de financiële middelen hiervoor beschikbaar te stellen.

Op 1 juli 2022 is de herziening van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) in werking getreden. Gemeenten en waterschappen hebben tot 1 juli 2024 de tijd om hun gemeenschappelijke regelingen (GR) aan te passen. Het nu voorliggende voorstel tot aanpassing van de (tekst van de) GR voorziet hier in. Daarnaast wordt voorgesteld om gemeente Ommen te laten toetreden aan de GR GBLT.

In 2015 zijn de bestuurlijke uitgangspunten voor beheer en onderhoud van de afvalwaterketen en het watersysteem vastgesteld. De versie uit 2015 is inmiddels inhoudelijk verouderd en verwees naar oude beleidsdocumenten. Daarbij waren de uitgangspunten alleen gericht op de afvalwaterketen en het watersysteem. De geactualiseerde uitgangspunten behelzen al het beheer en onderhoud dat door het waterschap wordt uitgevoerd. Inhoudelijk is het document aangepast aan de huidige beleidsuitgangspunten. Omdat de wereld om ons heen snel veranderd, blijft de AV door middel van beleidswijzigingen invloed houden op de wijze waarop beheer en onderhoud wordt uitgevoerd. Vaststellen van bestuurlijke uitgangspunten is noodzakelijk voor het financiële proces. Conform de ‘Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Zuiderzeeland 2023’ is het college van DenH bevoegd om jaarlijks Meerjarenplannen vast te stellen. Het college heeft deze bevoegdheid alleen als deze plannen voldoen aan de door de AV vastgestelde beleidskaders. De bestuurlijke uitgangspunten voor beheer en onderhoud vormen een belangrijk kader dat formeel vastgesteld moet worden om het financiële proces te kunnen verantwoorden.

De prognose van het jaarresultaat 2023 is negatief. Dit komt onder andere door de macro-economische ontwikkelingen (begrotingswijziging AV september) en hogere uitgaven op de loonsom. De hogere uitgaven op de loonsom hebben een aantal oorzaken. De implementatie van de financiële oplossing (Unit4) anders is verlopen dan gepland. Daarnaast hebben we te maken met een boekenonderzoek van de Belastingdienst. En ten derde heeft de arbeidsmarktkrapte een grote impact op de organisatie. Voor deze hogere uitgaven ligt nu een begrotingswijziging voor.